dinsdag 18 februari 2014

Beproeving

Mattheus 8: 23-26
23-23 Hij stapte in de boot en zijn leerlingen volgden hem. 24 Plotseling begon het meer enorm te kolken, zodat de boot bijna door de golven werd verzwolgen. Maar Jezus sliep. 25 Ze maakten hem wakker en riepen: ‘Heer, red ons toch, we vergaan!’ 26 Hij zei tegen hen: ‘Waarom hebben jullie zo weinig moed, kleingelovigen?’ Toen stond hij op en sprak de wind en het water bestraffend toe, en het meer kwam geheel tot rust.

Het was weer zo'n week. Zo'n week waarin geloof, hoop en vertrouwen flink op de proef gesteld werden. Op de proef gesteld worden, beproeving. Het is geen populair woord in mijn kerk. Geen populair woord ook onder veel christenen.  Voor veel mensen klinkt het als of God je aan het testen is. Als of uitgeprobeerd wordt hoe stevig je staat.  Maar laat ik daar meteen duidelijk in zijn: Ik geloof niet dat God me aan het uittesten is, maar ik geloof wel dat mijn geloof geregeld door omstandigheden beproefd wordt.

Ik sprak hier ooit met een predikant over. Ik luisterde naar zijn preek en hij preekte dat de stormen in ons leven een beproeving zijn. Houden wij stand? Geloven wij dat we de storm zullen overleven omdat we Jezus aan boord hebben? Ik vroeg hoe hij dat woord beproeving zag. We hadden samen een mooi gesprek of we dat woord nog durfden te gebruiken. En we kwamen samen tot de  conclusie, ja zeker. Dat woord is hoogst actueel.

Gisteren moest ik naar het ziekenhuis. Niets bijzonders voor mij overigens. Ik moet regelmatig naar het ziekenhuis voor controle van medicatie, om te zien welke schade de ziekte aangericht heeft, hoe mijn bloedwaarden zijn en of er nieuwe medicatie bij moet. Ik had een aantal goede weken achter de rug, maar sinds halverwege vorige week had zich een nieuwe aanval ingezet. En eerlijk gezegd, ja, ik voelde me beproefd. Pijn put uit. Pijn beïnvloedt je denken. Pijn beïnvloedt je humeur. Allemaal dingen waar ik eigenlijk boven wil staan. En dan in het ziekenhuis weer die ontmoedigende woorden. Extra medicatie, want de ziekte is weer heel actief. Het is op zo’n moment de kunst je niet van de wijs te laten brengen. Niet uit de boot te springen en zelf te willen gaan zwemmen in de storm, maar te weten dat Jezus in de boot is en de storm tot bedaren zal brengen.

Ja, ik worstel  best wel op dit soort dagen. Hoe moet ik hier mee omgaan? Een week geleden las ik het volgende stuk in mijn dagboek van Spurgeon. Spurgeon schrijft in de traditie van het puriteinse gedachtegoed. Ik lees heel graag de oude woorden van de Puriteinen, omdat ik hun grote liefde en ontzag voor het heilswerk van Christus deel. Het Puriteinse gedachtegoed kwam in het laatste kwart van de 16e eeuw op. Spurgeon leefde overigens van 1834-1892.



Bij 2 Kor. 1:5 Zoals wij volop delen in het lijden van Christus, zo delen wij volop in de troost die God ons door Christus geeft.

Wanneer de nacht nadert en de storm dreigt, is de hemelse Commandant bijzonder dicht bij zijn bemanning. Dat is iets geweldigs. Waarom?  In de eerste plaats geven beproevingen meer gelegenheid tot troost. Er is dan meer gelegenheid voor genade. Een andere reden is de volgende: wanneer we problemen hebben, is onze omgang met God het innigst. Wanneer de schuur vol is, denken we dat we zonder God kunnen leven. Maar ontdoe het huis van afgoden, dan eren we de ware God. Er is geen gebed zo oprecht als het gebed dat uit de diepten van de ziel voortkomt, dwars door beproevingen en smart heen. Tob daarom niet over uw zware problemen. Ze zijn de voorboden van grote zegeningen.

Om met de woorden uit Jakobus 1 te spreken: 12 Gelukkig is de mens die in de beproeving staande blijft. Want wie de proef doorstaat, ontvangt als lauwerkrans het leven, zoals God heeft beloofd aan iedereen die hem liefheeft. Beproeving heeft voor mij niets met een straf van God te maken. Beproeving is de vraag of we stand houden in ons geloof en op Hem blijven  vertrouwen als de storm woedt, het leven zwaar valt en we vertwijfeld uitroepen: Help, we vergaan. In mijn ziekte mag ik God vaak heel dichtbij en heel innig ervaren, omdat ik geen andere keus heb dan me helemaal aan Hem over te geven. Ik mag groeien in mijn relatie met Hem. Ja, een storm kan ook iets goeds opleveren.
Ik houd niet alleen van de oude woorden van de Puriteinen, maar ook van de oude liederen van Johannes de Heer die ik graag zing met “mijn” bewoners in het verpleeghuis. De keus voor vandaag was niet moeilijk:

Johannes de Heer 213
't Scheepke onder Jezus' hoede,
met de kruisvlag hoog in top,
neemt als arke der verlossing
allen, die in nood zijn, op.
Al staat de zee ook hol en hoog
En zweept de storm ons voort,
wij hebben 's Vaders Zoon aan boord
en 't veilig strand voor oog.


Voor iedereen die zich beproefd voelt: Spring niet uit de boot en ga zelf zwemmen. Houd je ogen gericht op de hemelse Commandant (daarom houd ik ook zo van de puriteinen, vanwege die prachtige woorden). Hij is dichterbij dan je denkt!

2 opmerkingen:

  1. Het is heel raar, maar ik bid zelden voor mezelf.
    Behalve enkele keren, in het ziekenhuis,
    een paar jaar geleden, omdat ik tussen
    de bomen van het lijden, het bos niet meer zag.
    Ik weet dat Hij er altijd is, maar soms......

    Er zijn zoveel anderen waaraan ik beloofd heb
    te bidden, en gek, later verneem ik dat die ook
    voor mij bidden.

    Wat een liefhebbende God hebben wij toch.

    dag Annemieke, mooi log,
    spoedige beterschap,

    Myriam

    BeantwoordenVerwijderen