woensdag 29 juni 2016

Het koninkrijk van de hemel binnengaan


Vanmorgen zag ik dit indringende filmpje van Unicef op Facebook.
Een meisje -kindacteur- wordt in mooie kleren op de straat gezet. Alleen. Mensen bekommeren zich om het kind. Vragen waar ze vandaan komt, of ze verdwaald is. Hetzelfde meisje zien we even later in vieze kleren en geen mens bekommert zich meer om het kind. Hetzelfde experiment wordt in een restaurant gedaan. Het goed geklede meisje krijgt aandacht. Het slecht geklede meisje wordt weggestuurd…..



Houd je aan de geboden

Zo’n filmpje dat je aan het denken zet. Mij wel tenminste. Het laat de woorden van Jezus in mijn hoofd galmen. “Wat je doet voor de onaanzienlijkste…”. Maar er was nog één uitspraak van Jezus die het meest bij me nagalmde, en misschien kwam dat omdat ik het die dag ervoor gelezen had en intensief over nagedacht had, en dat was Mat. 19: 23. Er staat: “Ik verzeker jullie: slechts met grote moeite zal een rijke het koninkrijk van de hemel binnengaan.” 
Het verhaal van de rijke jonge man raakt me. Een man die wil weten wat voor goeds je moet doen om het eeuwige leven te verwerven. Eerlijk gezegd zou ik van Jezus een heel verheven theologisch antwoord verwachten. Wedergeboorte, zoals bij Nikodemus. Maar Jezus houdt het simpel. “Houd je aan de geboden”. Maar welke dan? Ik vind het interessant dat Jezus hier alle geboden noemt die betrekking hebben op de ander en niet die op God betrekking hebben. Pleeg geen moord en geen overspel, steel niet, leg geen vals getuigenis af en toon eerbied voor je vader en moeder en heb je naaste lief als jezelf. Het eeuwige leven is te vinden in de omgang met de ander. Maar de jonge man wil laten weten dat het hem ernst is. Het kan toch niet zo makkelijk zijn? Dit doet hij al. “Oké”, zegt Jezus, “als je het echt volmaakt goed wilt doen” dan moet je…. Aha, nu komt dan vast het verhaal over wedergeboren worden. Maar nee. Als je het echt goed wilt doen, zegt Jezus tegen de man, moet je je bezitting verkopen en alles aan de armen geven. 
Een verpletterend antwoord. Mij verplettert het. Misschien nu ik dat filmpje gezien heb nog wel meer. Geld beheerst de wereld. Geld geeft aanzien. Geld is macht. Je bezit opgeven en alles aan de onaanzienlijksten geven, betekent alles opgeven. Je status. Je aanzien. Je mens-zijn. In hoofdstuk 20 van Mattheüs doet Jezus er nog een schepje bovenop. Als je de eerste wilt zijn, zul je dienaar moeten worden. Het geeft ons allemaal het nakijken.

Lees je Bijbel bid elke dag

Het had fijner geweest als Jezus hier gezegd had: “Zeg het zondaarsgebed op, lees je Bijbel en bid elke dag.” Dat lag tenminste binnen ons bereik. Dat was een maatstaf waarmee we konden meten. Dan hadden we kunnen zeggen: “Kijk, ik doe het goed. In the pocket, dat eeuwige leven.” Maar Jezus geeft in het Evangelie ons de moeilijkste boodschap die er is: pas als je de ander ziet, dan zie je en volg je Jezus. Pas als je je eigen leven kunt afleggen, kun je echt vrij zijn. Pas als je ervaart dat het echte leven niet om jou of jouw gemak gaat, maar om de ander (en dat is tegelijk ook de Ander), dan begin je iets van Jezus en Zijn rijk te begrijpen. Jezus volgen is opgeven om egocentrisch te leven en is beginnen te leven voor de ander. Het is opgeven in wereldse maatstaven van macht en geld te denken, maar beginnen in Koninkrijksmaatstaven van liefde, dienen en uitdelen te denken.  


De lat ligt hoog

Steeds weer vraag ik me bij dit verhaal af waarom Jezus de lat zo hoog legt. Zou het zijn, zodat we nooit kunnen zeggen dat we er zijn? Dat we nooit op onze lauweren rusten. Nooit onszelf op de borst kunnen slaan: “Ik ben gearriveerd en jij nog niet”? Misschien ligt de lat wel zo hoog, zodat niemand eraan kan voldoen. Dat niemand zich beter kan voelen dan een ander. Om hokjesdenken te voorkomen…. In dat geval hebben we nog flink wat om over na te denken in christelijk Nederland.

vrijdag 17 juni 2016

Lieve woorden

Vandaag wil ik iets liefs schrijven. Gewoon iets liefs. Ik geloof dat de wereld daar behoefte aan heeft. Mensen die lieve dingen zeggen. Ik lees en hoor zoveel harde woorden. Een dominee die het goed vindt dat 49 mensen doodgeschoten zijn omdat ze homoseksueel waren. Mensen die menen dat de ouders die hun kindje verloren door een alligatoraanval straf verdienen, omdat ze niet goed op hun kind gelet zouden hebben. Zoveel harde woorden. Vandaag wil ik daarom iets liefs schrijven.

Barmhartige Samaritaan

Ik was in het verpleeghuis vandaag en sprak over het verhaal van de Barmhartige Samaritaan. Zo’n dertig luisteraars, voor een groot deel dementerend, waren aangeschoven. Bij het voorlezen van het verhaal uit Lucas 10 stopte ik even na de zin: “Wie van deze drie is volgens u de naaste geworden van het slachtoffer van de rovers?” Ik keek de zaal rond. Verschillende mensen riepen me het antwoord toe. Ja, het was de Samaritaan. (Je moet je preek nog beginnen en je heb het publiek al kunnen betrekken bij je verhaal! Heerlijk!) Ik sprak over warm-hartigheid. De mensen om je heen een warm hart toedragen. Over de priester en de Leviet die niet onrein wilden worden door het aanraken van die gewonde man, zodat ze nog de tempeldienst konden doen en de Samaritaan die neerboog over de gewonde man. Ik vertelde blijkbaar beeldend, want de mensen mompelden gezellig mee, bij al mijn retorische vragen. “Kunt u het zich voorstellen, de dominee die een gewonde man voorbij loopt?” Driftig werd er “nee’ geschud en “dat kan toch niet” gemompeld.  “En wie vond u dat het goed gedaan heeft?” Dat hoefde ik geen twee keer te vragen. Dat was de man die hielp. Het klonk vanuit verschillende hoeken van de zaal.


Lieve woorden toefluisteren

Goed doen en kiezen voor het juiste lijkt op het eerste gezicht niet zo moeilijk. Mijn dementerende publiek reageerde verbolgen op de priester en de Leviet die voorbij liepen en snapte meteen dat warm-hartig zijn de juiste keuze was. Ik glimlachte, genietend van mijn heerlijke en eerlijke publiek. Ik houd van hen en zij van mij. Ze maken mijn hart warm. De liefde straalt van hen af. En als ik hen na de dienst een voor een zegen, word ik vaak terug gezegend of worden me lieve woorden toegefluisterd. “Wat sprak u mooi, dominee”, of “U glimlacht zo lief” of -mijn favoriet- “U bent dan wel een vrouw, maar kan toch mooi preken”.


Oordelen

Soms vraag ik me af waar we tussen het kind-zijn en het oud-zijn de lieve woorden verliezen. Wanneer komen we in de fase dat alles alleen nog gaat over ons gelijk? Over de waarheid bezitten? Wanneer begint die behoefte om anderen te oordelen en de maat te nemen? In de puberteit? Of eerder al? Ik denk er de laatste tijd veel over na. Waarom hebben mensen die behoefte eigenlijk? Zou het angst zijn om zelf buiten een groep te vallen? Zou het zijn om zichzelf te profileren, eigen gedrag goed te praten of zou het een soort natuurlijk gedrag zijn: verbaal sterke mensen winnen de slag om de wereld? Of zou het domheid zijn? Zouden mensen misschien gewoon niet anders kunnen?


Besluit

Hoe het ook zij, ik heb vandaag een besluit genomen. Het besluit om vroeg oud te worden. Ik sluit me aan bij mijn kwetsbare en lieve, eerlijke publiek. Warm-hartig zijn en lieve woorden spreken. De wereld heeft er behoefte aan. Meer dan ooit.

maandag 13 juni 2016

Orlando

Grote thema's

Een moordpartij door een man van Afghaanse afkomst in een gay-club in de VS. Het zal bij velen heel veel aan gedachten en gevoelens oproepen. In één adem komen daar grote thema’s langs: wapenwetgeving, homoseksualiteit, vreemdelingenbeleid, IS. Ik volgde vanmorgen de nieuwsberichten. Obama en Trump die er meteen een politiek-beladen statement aan op hingen. Obama benadrukte hoe makkelijk het is wapens te krijgen in de VS. Trump zag het als kans nog eens te benadrukken dat hij gelijk had over radicaal Islamitisch terrorisme. Ik las op CIP christelijke reacties, die vooral benadrukten dat we iedereen lief moeten hebben. En ik vroeg me af, waarom er zoiets vreselijks nodig is om te laten weten dat we ook van homo’s houden. Hoeveel van dat gevoel zal er over een paar weken nog over zijn, als er weer een artikel over homoseksualiteit verschijnt op CIP en christelijke voor- en tegenstanders elkaar weer in de haren vliegen in de reacties? Ergens voelde de reacties nu niet helemaal lekker.

SMS'jes

En tussen al die berichten vond ik dit berichtje in de Metro:

Midden in de nacht schrikt een moeder wakker van een smsje: 'Mam, ik houd van je. Ze zijn aan het schieten in de club.'
Om 5 minuten over 2 in de nacht van zaterdag op zondag krijgt Mina Justice een sms van haar 30-jarige zoon, Eddie. Hij heeft zich verscholen in de toiletten van club Pulse in Orlando, terwijl de schutter zich op dat moment een weg door de club baant. Mina probeert hem direct te bellen maar krijgt geen gehoor. Er volgt een sms-gesprek. 



'Ben je oke?'
'Ik zit vast in de toiletten' 
Hij smst zijn moeder dat hij in Pulse is en vraagt haar of ze de politie wil bellen.
'Bel ze mam'
'Nu'
'Zeg ze dat ik in de toiletten zit.'
'Hij komt.'
'Ik ga dood’
Ze vraagt hem in welk toilet hij zit en of er iemand gewond is.
'Ja. Veel.'
'Hij is verschrikkelijk.'
Ze vertelt hem dat de politie onderweg is en vraagt hem haar te waarschuwen als hij ze ziet. Ze blijven elkaar sms’en tot dat om 10 voor 3 plotseling stopt. Mina had haar zoon kort daarvoor nog een sms gestuurd.
'Is de man bij je in de toiletten?'
Waarop zijn laatste antwoord is:
'Ja'

Daarna was er geen gehoor meer. Zijn moeder deelde de gesprekken in de hoop haar zoon nog te vinden, zo liet ze BBC weten. Het mocht niet baten. Zijn naam verscheen als negende op de lijst van overledenen tijdens de schietpartij.

Gezicht

Opeens vielen al die beladen thema’s weg en zag ik een man in angst verstopt in een wc. Een moeder thuis in angst de sms’jes van haar zoon lezend. En dan dat moment van onzekerheid: geen antwoord meer. De nachtmerrie die werkelijkheid wordt. De naam van haar zoon verschijnt op de slachtofferlijst. 

Alle grote thema’s van de wereld kunnen hier dan wel als label aangehangen worden, maar grote thema's worden klein als ze een gezicht krijgen. Het gaat hier over mensen. Mensen die liefhadden en liefgehad werden. Het gaat over leven, liefhebben, bestaan. Het gaat over die ene vraag: En waar ben jij/ben ik vandaag mee bezig? Vergeet je niet te leven? Vergeet je niet lief te hebben? Echt lief te hebben?