zondag 4 oktober 2015

Heb jezelf lief als je naaste



Het op een na belangrijkste is dit: 'Heb uw naaste lief als uzelf.' Er zijn geen geboden belangrijker dan deze. Marcus 12:31

Het was een gewone maandagochtend. Mijn jongste (8) kwam beneden om te ontbijten en groette me vrolijk: "Goedemorgen mam." Ze gaf een knuffel. "Ik houd van jou! Raad eens hoeveel?", voegde ze toe. Ik dacht na en antwoordde:  "Van hier en naar de maan en terug".
Mijn dochter moest lachen om mijn antwoord. "Fout", riep ze vrolijk.
Ik bedacht een meer tactisch antwoord:"Net zo veel als je van papa houdt."
Zij antwoordde me hoofdschuddend: "Nee, natuurlijk net zo veel als ik van mezelf houd. Dat heeft God toch gezegd! En zoveel als je van mij houdt, moet jij ook van jezelf houden."

Lief ben jij

Mijn kleine meisje is een ster in preken en bemoedigen. Ze schrijft gebeden op briefjes, maakt tekeningetjes met lieve woorden en overstelpt me met kusjes. Ze weet feilloos mijn zere plekken te verzachten. Mezelf liefhebben? Nee, het is niet mijn sterke punt. Ik voel mezelf zo vaak falen. Falen omdat ik niet langs het voetbalveld kan staan. Falen, omdat mijn ramen niet gezeemd zijn. Falen, omdat ik het derde bord in een week breek. Falen, omdat ik geen hulpmoeder kan zijn op school en afwezig ben op de gymuitvoering van dochter. Falen, omdat ik soms door de pijn niet kan verdragen dat mijn man aan me zit. Ja, liefde geven, daar ben ik goed in. Toch voel ik me vaak een tweederangs-mens door mijn ziekte. Natuurlijk weet ik wat de Bijbel zegt: ik ben geliefd, gewild. Dat liedje dat de kinderen graag zingen snijdt vaak door mij ziel: "Je bent een parel in Gods hand." Heel eerlijk: Ik voel me vaak een mislukte parel, die niet meer glimt. En toch. Toch is het Gods opdracht van onszelf te houden. De Bijbelse boodschap is simpel en helder. God liefhebben kan niet zonder jezelf liefhebben en je naaste liefhebben. De hele Bijbel draait om die relaties: God-jezelf-je naaste. Het is simpel en ingewikkeld tegelijkertijd. Want hoe leer je van jezelf te houden of te blijven houden als je lichaam (en/of je geest) niet meewerkt? Ooit las ik, dat je tegenover elke negatieve gedachte, een positieve gedachte vanuit de Bijbel moest zetten. Daar ben ik toen mee begonnen. Inmiddels hangt mijn prikbord in de keuken vol met briefjes met Bijbelteksten en bemoedigen van anderen. Vooral ook heel veel briefjes van mijn dochters. En elke keer als het falende gevoel me bekruipt, lees ik een paar van de briefjes. De mooiste is een strippenkaart van mijn dochter. Er staat heel vaak op:  "Lief ben jij". De boodschap erbij was: "Mama, elke keer als je wilt horen hoe lief je bent, kun je een strip inleveren van de kaart en dan kom ik het je zeggen."



Gaat het mam?

Ik denk dat het in een namiddag was en ik wilde gaan koken. Voor de zoveelste keer die week liet ik iets uit mijn handen vallen. Mijn dochtertje kwam aangesneld uit de huiskamer. "Gaat het mam?", vroeg ze, terwijl ze haar armpjes om me heen sloeg. "Mama, het geeft echt niet dat je dingen niet kunt, want je geeft mij het allerbelangrijkste: heel veel liefde." Een traantje biggelde over mijn wang. Wat een zegen als je zo'n prekende dochter in huis hebt. 

Misschien moet ik voortaan maar niet meer formuleren wat ik niet kan en niet heb, maar wat ik wel kan en wel heb. En de preek van de week schrijf ik op een briefje voor op het prikbord: "Heb jezelf lief als je naaste."