Eenzaamheid
is een groot probleem in heel onze maatschappij. Niet alleen onder
ouderen. In elke leeftijdsgroep vind je eenzame mensen. Het is vaak
een onbegrepen probleem, want veel van deze mensen hebben best
contacten. Er komen mensen op bezoek. Ze kunnen toch nog bellen, denk
je al snel. Ze kunnen toch gewoon meedoen met activiteiten die
aangeboden worden?
Vanmorgen
las ik in mijn wekelijkse leesuurtje een essay over eenzaamheid van
dr. A.F. Verheule uit “Nieuw handboek geestelijke verzorger”
(2009). Wat me het meest trof was zijn advies. Maar voordat ik
daarover uitweid, eerst een paar notities over eenzaamheid.
Tegenstrijdige verlangens
Volgens
Zijlstra (“Op
zoek naar een nieuwe horizon,
handboek
voor klinische pastorale vorming”, 1989) heeft de mens twee
levensopgaven: zichzelf te worden als enkeling en zijn plaats vinden
in het geheel van de menselijke en zakelijke relaties. Hier zit een
spanning tussen. Een spanning tussen twee tegenstrijdige verlangens:
het verlangen naar veiligheid en geborgenheid enerzijds en naar
zelfstandigheid en onafhankelijkheid anderzijds. Het is aan de ene
kant het terugverlangen naar de moederschoot, onbedreigde veiligheid
en aan de andere kant het verlangen naar volledige autonomie, de
toekomst helemaal zelf kunnen inrichten. Beide verlangens zijn
natuurlijk niet vervulbaar. Ergens moet je leren leven met deze
tegenstrijdige verlangens. Als het verlangen naar de ene kant of de
andere doorslaat, kan dat de basis voor eenzaamheid leggen. Het
sterke verlangen naar veiligheid kan je eigenheid in de weg staan.
Het sterke verlangen naar autonomie, kan sociale contacten en
geborgenheid in de weg staan. Het vinden van het juiste evenwicht is
is een levenstaak van de mens. Daar hoort ook bij het leren alleen te
zijn. Eenzaamheid is nodig om jezelf te kunnen ontdekken: wie je
bent, wat je wilt, wat je leven zin geeft. Een bepaalde vorm
van eenzaamheid is dus zeker niet alleen slecht, maar zelfs
noodzakelijk.
Eenzaamheid en alleen zijn
Er
zijn dus twee soorten eenzaamheid. De eenzaamheid die bij het wezen
van de mens hoort en die je nodig hebt om jezelf te worden en de
eenzaamheid waaraan we lijden, die ontstaat door psychologische
factoren of door tegenslagen in het leven. Oorzaken daarvan kunnen
onder andere liggen binnen de persoon zelf, zoals het karakter of het
ontbreken aan sociale vaardigheden, in de relationele sfeer: mensen
verliezen contacten door bijvoorbeeld opname in een verpleeghuis.
Maar ook maatschappelijk factoren, bijvoorbeeld geen geld om mee te
doen aan activiteiten, en zingevende factoren -Wat heeft het leven
nog voor zin als ik niets voor anderen kan betekenen?- kunnen van
belang zijn.
Kun je iets aan eenzaamheid doen?
En
nu komt de brandende vraag: hoe kunnen we iets aan eenzaamheid doen?
De meesten van ons zijn zeer oplossingsgericht. We signaleren een
probleem. We vinden dat dit probleem er niet zijn mag. We zoeken
allerlei concrete praktische oplossingen om het probleem op te
heffen. We organiseren activiteiten, zorgen dat mensen genoeg geld
hebben om mee te doen, we geven trainingen in sociale vaardigheden,
we zorgen dat mensen genoeg andere mensen zien. En we zijn,
uiteraard, blij als dit werkt. En gelukkig, er is een groep mensen
die hier genoeg aan heeft. Maar dan is er nog die andere groep: de
mensen die lijden aan existentiële eenzaamheid. Mensen in een
verpleeghuis, die de zin van het leven uit het oog verloren zijn,
die verlangen naar het einde. Mensen die depressief zijn en geen
boodschap hebben aan onze praktisch ingestelde houding. Mensen die
zich niet begrepen voelen, anders voelen en zich er niet bij voelen
horen. Die eenzaamheid is bijna niet te verdragen als buitenstaander.
We voelen ons machteloos. We willen het oplossen, maar er is geen
oplossing. Het is de eenzaamheid die geen woorden heeft. Die niet met
woorden geuit kan worden. En eenzaamheid die we moeten leren verstaan
en bovenal leren verdragen als buitenstaander.
Innerlijk vuur
Nu
kom ik terug bij dat prachtige einde van het essay van dr. A.f.
Verheule. We zijn zo gewend te geven. Te komen, probleem te
signaleren en op te lossen. Antwoorden te geven. Het probleem moet
weg. Wat als we konden loslaten dat de eenzaamheid er niet mag zijn?
Konden loslaten dat wij het moeten oplossen, en in plaats daarvan oog konden hebben
voor wat die eenzaamheid ons kan vertellen? Wat als we konden leren
ontvangen in plaats van geven? Als we het innerlijke vuur dat in
ieder mens brandt, al is het nog maar een paar vonkjes groot, konden
ontdekken en leren om ons eraan te warmen? Want de echte
eenzaamheid is de eenzaamheid dat je niets meer te geven hebt aan
anderen, terwijl je dat zo verlangt. Je verlangt er zo naar dat
anderen dat vuur in je ontdekken en zich er aan komen warmen. Dat ze
dat vuur zien en verstaan. Dat vuur is volgens Verheule “die schat
aan liefde en aandacht die in ieder mens schuil gaat, dat verdriet en
die angst die woordeloos blijven, maar ons door hun diepte verrijken". Als we de rollen van gever en ontvanger kunnen omdraaien "dan pas zal de ander zich verstaan voelen en wordt de eenzaamheid
opgeheven, ook als is het maar voor even.” Ontvangen in plaats van
geven. Je verwarmen aan de paar vonkjes in plaats van de kachel snel omhoog
te willen zetten. Het vraagt omdenken. Stil worden. Jezelf openen
voor de ander, voor die woordenloze eenzaamheid, die we niet kunnen
oplossen door allerhande acties, maar alleen (tijdelijk) kunnen
opheffen door ons zijn. De eenzaamheid verdragen. Er zijn als ontvanger, niet als gever.
Materie om
eens diep over na te denken.
Vraag: Hoe reageer jij als je bij iemand bent die zich diep eenzaam voelt: oplossingsgericht of luisterend? Gever of ontvanger?
Mooie blog, collega!
BeantwoordenVerwijderenAanvullend bij wat je schrijft: existentiële eenzaamheid kan ook gevoed worden door niet-begrepen worden door de ander. De ontvanger (die als bezoeker de eenzame nabij is) heeft ook oor nodig en daarmee begrip te tonen wat de gever (vooral 'niet') zegt.
Horen wat de ander niet zegt. Dat is ook een kunst!
BeantwoordenVerwijderen